Zwemmen na een ectoparasieten behandeling?

Heel wat honden vinden het heerlijk om te zwemmen. Of het nu een frisse ochtend in de lente of
een warme zomerdag is, lekker plonsen in het water is voor velen een traktatie.
Daarnaast zorgt dat buiten zijn voor een ander ongemak: teken en vlooien. Die noemen we ectoparasieten.

Wil je je hond goed beschermen tegen ongedierte en houdt hij van zwemmen, dan is het belangrijk om goed op te letten wat de bijsluiter van je anti-vlooien – of tekenproduct daarover zegt.

Bovendien is er steeds meer aandacht voor de effecten van vlooien- en tekenmiddelen en het milieu. 

Er zijn meerdere manieren om te voorkomen dat je hond of kat ziek wordt van een tekenbeet. Het meest eenvoudige is om je hond na elke wandeling te controleren op teken. Doe dat een keer per dag bij een kat die naar buiten gaat. Heb je een teek gevonden, dan kun je die verwijderen. Dat kan met je vingers of met behulp van een tekenpincet. Mocht er toch een pootje achterblijven, dan kan het zijn dat er een lichte ontsteking ontstaat. Bij twijfel is een bezoek aan de dierenarts verstandig. Dat kun je sowieso doen wanneer er in de dagen na de tekenbeet een rode ring ontstaat rondom de bijtwond. Dat is echter niet altijd goed te zien door het pigment van de huid of door de vacht.

Er zijn (ook) veel verschillende middelen verkrijgbaar waarmee je je hond en kat kunt behandelen om een tekenbeet te voorkomen.  Afwerende en dodende middelen zijn veelal verwerkt in een spot-on, band, tablet
of zelfs als injectie. Gebruik je een geregistreerd diergeneesmiddel, dan heeft de fabrikant met onderzoek aangetoond dat zijn middel effectief is tegen teken en vlooien en veilig is voor zowel je hond, je kat als jezelf. Ook is meestal wel bekend wat voor effecten de werkzame stof heeft op het milieu. De gegevens daarover en hoe je het middel op de juiste manier toedient staat beschreven in de bijsluiter. Het is aan de fabrikant om vrij te geven wat er bekend is van de effecten op de omgeving en het boden/waterleven. Hiervoor geldt Europese wetgeving. 

Natuurzwemmers

Bij het gebruik van een middel om teken te voorkomen is het van belang dat je de bijsluiter zorgvuldig leest voordat je deze gebruikt. In de bijsluiter staat informatie  over de werkingsduur, de manier van gebruik en hoe het zit met zwemmen en wassen. Daarbij gaat het in de bijsluiter vooral over de werkzaamheid. De fabrikant wil natuurlijk dat, als je hun middel gebruikt, overdracht van ziekte door teken of vlooien ook daadwerkelijk worden voorkomen.  Wanneer een hond heel kort na het aanbrengen van een spot-on, of spray, of vlooienband gaat zwemmen kan een groot deel van de werkzame stof in het water terechtkomen. Dit betekent niet alleen dat het  middel minder effectief is voor je huisdier, maar het kan ook een probleem vormen voor het milieu. In de bijsluiter van de meeste producten vind je dan ook dat je een aantal dagen  moet wachten met zwemmen na het aanbrengen voordat je hond nat mag worden. Van  sommige middelen vind je in de bijsluiter ook of het erg is dat je hond daarna nog nat wordt. Er zijn middelen die minder werkzaam worden door het regelmatig nat worden. Om dan voldoende beschermd te zijn tegen teken en vlooien zou je vaker een product moeten toedienen of kun je beter een ander (inwendig) middel kiezen. 

Er zijn ook natuurlijke middelen te koop die aangeven teken en vlooien te voorkomen. De term “natuurlijk” geeft aan dat het middel is gewonnen uit een natuurlijke bron, zoals plantenblaadjes, bloemen en vruchten.
Door de werkzame stoffen uit deze natuurlijke bron te extraheren ontstaat een concentraat. Deze concentraten, ook wel etherische oliën genoemd, worden gebruikt in druppels en banden. Helaas is het bij deze producten niet verplicht om onderzoek te doen naar de werkzaamheid, maar ook zijn de effecten op het milieu veelal niet onderzocht. De term “natuurlijk” betekent dus niet per sé veilig voor de natuur. Heb je dus een hond die heel graag zwemt, dan moet je bij de natuurlijke bestrijdingsmiddelen dezelfde voorzorgsmaatregelen in acht nemen als bij reguliere producten.

Wat we niet weten is hoeveel van het middel in het water achterblijft als je hond na de wachttermijn gaat zwemmen. We weten ook nog niet hoe groot de gevolgen daarvan zijn en wat voor effecten dat heeft op het milieu. Heb je een hond die het liefst elk moment in het water ligt, dan moet je je afvragen of het verstandig
is om een uitwendig vlooien – of tekenproduct  te gebruiken. Er is een risico dat  een kleine hoeveelheid van de actieve ingrediënten  in het water spoelt. Als je denkt dat natuurlijke druppels en banden dan beter zijn voor het milieu, kom je bedrogen uit. Veel van deze producten bevatten etherische oliën, extracten van planten of bloemen. Deze extracten kunnen ook schadelijk zijn voor het milieu, maar meestal is niet onderzocht of niet bekend wat voor effecten dat zijn. Voor fanatieke zwemmers in natuurwater is het daarom misschien verstandiger om regelmatig te kammen en te controleren op teken, in plaats van prat te gaan op een behandeling met een spot-on of band. Er zijn ook middelen die niet op de huid
van de hond terecht komen, uw dierenarts of dierenspeciaalzaak kan u hierover adviseren.

Een douchebeurt

Wat geldt voor zwemmen, geldt ook voor het wassen van je hond. Of dat nu in de douche gebeurt of
bij de trimmer. Elke keer dat je hond of kat wordt gewassen kun je een deel van het vlooien- en tekenmiddel van je dier afwassen. In de meeste bijsluiters van spot-ons en halsbanden staat beschreven of wassen van invloed is op de werking. Wat er niet in staat is hoeveel van het middel in de afvoer belandt. Als je weet dat je hond of kat gewassen moet worden of naar de trimmer gaat, dan kun je het beste pas daarna de spot-on of band omdoen. Wil je de spot-on al eerder toedienen, houd dan in de gaten hoe lang de spot-on werkzaam is. Sommige middelen zijn zo’n 4 weken werkzaam, anderen ruim 12 weken. Het is het beste om
diezelfde termijn aan te houden vóór het trimbezoek. Op die manier voorkom je dat de trimmer heel veel vlooien- en tekenmiddel wegspoelt richting het riool. Heb je een hond die graag zwemt, controleer hem dan regelmatig op teken en vlooien. 

 

Wil je een middel gebruiken om deze parasieten te voorkomen, lees dan goed de bijsluiter. Wacht voldoende lang na toediening voordat je je hond laat zwemmen. Of gebruik een product dat geen beperking heeft voor een  hond die gaat zwemmen. En gaat je hond of kat naar de trimmer of wordt hij gewassen, bedenk dan dat je de werkzaamheid van het middel kunt beïnvloeden doordat een deel ervan in het riool terecht komt.

Gekamde haren bij restafval!

Velen gruwelen van vlooien en teken. Of je dat wilt voorkomen met een spot-on, een tablet, een halsband of een injectie, er is voldoende keuze. De bedoeling van zo’n behandeling is dat een vlo of teek die op de huid terecht komt, hiermee in aanraking komt. De meest bekende behandeling tegen vlooien en teken is toch wel de spot-on. Deze pipet druppel je op de huid in de nek van je dier. Hoe zo’n middel zich verspreid is
afhankelijk van welk middel je gebruikt. Er zijn pipetten die alleen aan de buitenkant blijven. Dat is ook het geval bij vlooien- en tekenbanden. De werkzame stof trekt in de talg-laag en verspreidt zich over de huid en de haren. Na een paar dagen is het middel over je hele dier verspreid. 

Er zijn ook spot-ons waar de werkzame stof intrekt. Vanaf de plaats van toediening wordt de werkzame stof via de huid geabsorbeerd en komt zo in de bloedbaan terecht. Via de bloedbaan wordt het vervolgens over de rest van het lichaam verspreid. Dat lijkt het meest op de werking van een tablet tegen vlooien en teken. Via het maagdarmstelsel wordt daarvan de werkzame stof opgenomen. Vergelijkbaar is de toediening van een vlooien- en tekenmiddel per injectie. Gaandeweg de tijd komt er vanuit het bloed zo steeds een bepaalde hoeveelheid van de werkzame stof beschikbaar in de huid en de haren. Geen vlo of teek is dan nog veilig.

Haren en huidschilfers

Je hond of kat verliest de hele dag haren en huidschilfers. Dat gebeurt vooral op plekken waar  hij zich wast of veel ligt. In de mand, op de bank en soms midden in de woonkamer. In uitgevallen haren en huidschilfers kunnen ook restanten zitten van alles wat er op de huid is gebruikt. Resten van shampoo, parfums, etherische
oliën en van sommige van de door jou gebruikte vlooien- en tekenmiddelen. Voor de  vlooien in je huis is dat laatste geen goed nieuws. Een deel van de vlooien- en tekenmiddelen zijn namelijk ook in de omgeving effectief tegen vlooienlarven en vlooieneitjes. Die eigenschap is handig, want daardoor verminder je de kans
op een nieuwe vlooienplaag. In de bijsluiter van het door jou gekozen vlooien- en tekenmiddel lees je of deze ook zo’n omgevingswerking heeft.

 

Waar de haren van je huisdier binnenshuis een positief effect kunnen hebben, geldt dat niet voor buiten. Er zijn hondenbaasjes die hun hond in de tuin, in het bos of op de heide een heerlijke borstelbeurt geven.
Vervolgens worden de uitgeborstelde haren in de natuur achtergelaten met de gedachte dat wilde dieren die nog kunnen gebruiken. Toch is dat niet zo verstandig. Alle restanten van shampoo en vlooien- en tekenmiddelen die aan de haren plakten kunnen door de regen uitspoelen en in de grond terecht komen. En
als vogels ze in hun nest gebruiken dan kunnen de kuikens er ook mee in aanraking komen. Of dat gevolgen heeft en wat die gevolgen zijn, is niet bekend. Het is uit voorzorg beter om uitgekamde haren niet in de natuur achter te laten. Om dezelfde reden horen losse haren ook niet bij het GFT-afval. Ruim uitgekamde haren op en gooi ze bij het restafval.

Natuurlijk is niet altijd milieuvriendelijk

Het kan zijn dat je jouw dier behandelt met een natuurlijk vlooienmiddel.  Niet alle producten zijn officieel
geregistreerd of hebben wettenschappelijk bewijs voor de effectiviteit. Hoewel de benaming ‘natuurlijk’ anders doet vermoeden is zo’n middel niet per sé milieuvriendelijk. Natuurlijke vlooienmiddelen zijn gemaakt door het bewerken van een plantaardig product. Daardoor worden de gewenste eigenschappen 
versterkt. Dat kan een geur of smaak zijn, maar ook giftigheid. In natuurlijke vlooiendruppels en -banden wordt geprobeerd stoffen met specifieke eigenschappen bij elkaar te brengen. Dat kan de afwerende werking van een sterke geur of de giftige werking tegen parasieten zijn. Het probleem daarbij is dat van lang niet alle stoffen ook is aangetoond dat ze werken tegen vlooien en teken. Bovendien kunnen sommige stoffen, zoals Tea Tree olie, schadelijk zijn voor het milieu. Als je hond is behandeld met een natuurlijk middel om
vlooien en teken af te weren, dan is het nog steeds verstandig uitgekamde haren weg te gooien bij het restafval.

 

Het behandelen van honden en katten met een geregistreerd vlooien- en/of tekenmiddel is veilig. Omdat sommige van  deze middelen ook via huidschilfers en haren kunnen worden verspreid is het verstandig om uitgekamde haren bij het restafval weg te gooien. Daarbij maakt het niet uit wat voor middel je hebt gebruikt, een spot-on, band, tablet of injectie.

Poep bij het GFT

Gatver, poep op de stoep. Het is een grote ergernis.  Gelukkig ruimen de meeste hondenbaasjes de
poep wel op. Wie hem nu nog laat liggen doet er verstandig aan om hiermee te beginnen. Niet alleen om je buren te vriend te houden, maar ook voor het milieu. Met 2,9 miljoen katten en 1,7 miljoen honden in Nederland wordt er dagelijks heel wat afgepoept. Drollen waar je in had kunnen trappen of tijdens het tuinieren in had kunnen wroeten. Opruimen van honden- en kattenpoep is dus een goed begin! Maar waar moet je heen met die opgeruimde drol?

Een recente steekproef onder 128 honden- en kattenbaasjes in Eindhoven bracht aan het licht dat een aanzienlijk percentage van zowel katten- als hondenbezitters niet weet waar die huisdierenpoep moet worden weggegooid. Kattenpoep verdween bij een kwart van de baasjes in het GFT-afval, terwijl dat percentage bij hondenbezitters zelfs opliep tot 37 procent. De toiletpot was voor tien procent van de honden- èn kattenpoep het eindstation. En dat is niet de bedoeling, want het is slecht voor het milieu.

Poep wordt geen compost

Kattenbakkorrels staan bij afvalverwerkers in de top 5 van ongewenste stoffen in GFT-afval. Ook hondenpoep is ongewenst. Alles wat in de groene bak verdwijnt moet uiteindelijk compost worden. Als er kattenbakkorrels bij worden aangetroffen wordt de hele lading afgekeurd en vervolgens verbrand. Verbranding is an sich al slecht voor het milieu. Maar het is ook zonde, omdat ook de rest van het GFT-afval niet meer
tot compost kan worden verwerkt. Dat had heel wat kunstmest uitgespaard. Er kleven ook andere risico’s aan het niet opruimen of verkeerd weggooien van huisdierenpoep. Ontlasting van honden en katten kan voor

mens en dier besmettelijke ziekteverwekkers bevatten. En als je je dier medicijnen geeft kunnen ook medicijnresten in de ontlasting terechtkomen. Dat wil je dus niet in de natuur hebben, maar zeker ook niet in het GFT-afval en het uiteindelijke compost. Evenmin wil je dat in het toilet kwijt, omdat het
van daaruit uiteindelijk weer in het oppervlaktewater komt. De regel voor ontlasting van honden en katten is dus eenvoudig; ruim de drol van je hond en kat op en gooi die bij het restafval.

Biologisch afbreekbaar en composteerbaar

Laat je niet verleiden door de biologisch afbreekbare poepzakjes en de composteerbare kattenbakvulling. Het biologisch afbreekbare zakje is zeker een goed alternatief voor plastic. Maar zodra het zakje is gebruikt om hondenpoep op te ruimen, moet het bij het restafval. Datzelfde geldt ook voor kattenbakkorrels.
Ongeacht of de fabrikant aangeeft dat ze biologisch afbreekbaar zijn, of ze gemaakt zijn van soja, geperst gras, hout, kokos, bentoniet of silica. Zodra de kattenbakvulling uit de verpakking is geweest hoor je het weg te gooien bij het restafval. Net als de kattenpoep.

 

 

Het op een juiste manier verwerken van de ontlasting van honden en katten is van belang voor de volksgezondheid en het milieu. Het principe is duidelijk: honden- en kattenpoep ruim je op en gooi je weg bij het  restafval. Het hoort niet bij het GFT-afval en niet in het riool. Dat geldt ook voor alles wat in aanraking is geweest met die poep. Het poepzakje én de kattenbakvulling: gewoon bij het restafval.

 

Medicijnresten: Verantwoordelijke Afvalverwerking

Misschien heb je in een kast nog een strip tabletten en een flesje medicijnen van je hond of kat staan. Als je ze niet meer gebruikt of ze over de datum zijn, dan is het verstandig om ze weg te gooien. Dat geldt ook voor een vlooienband. Knip je er een stukje vanaf of is de band aan het eind van zijn gebruiksduur, weggooien doe je op de juiste manier. Dan is het wel goed om te weten waar je dat doet, zonder het milieu te schaden.

Iedereen weet dat het beste is om afval te scheiden. Op die manier kunnen we bepaalde stoffen hergebruiken. Het klinkt dan logisch dat je een glazen flesje schoonspoelt om het in de glasbak te gooien. Toch is dat minder onschuldig dan het lijkt. Uiteindelijk verdwijnt de inhoud van het flesje in het riool. Van daaruit gaat het naar de afvalzuivering om uiteindelijk te eindigen in het oppervlaktewater. De afvalzuivering probeert alle verontreiniging uit het water te halen, maar dat lukt helaas niet met alle medicijnen. Het grootste deel van de medicijnresten uit het riool belandt uiteindelijk in het oppervlaktewater. En dat oppervlaktewater wordt in delen van ons land gebuikt voor de drinkwatervoorziening.

Van riool naar restafval

We moeten dus met z’n allen zoveel mogelijk voorkomen dat medicijnen in het riool belanden. Het is daarom verstandig om flesjes met vloeibare medicijnen niet leeg te spoelen. Evenzo is het uitspoelen van een spuitje niet verstandig, omdat hierdoor ook medicijnresten in het water belanden. Zelfs als je zalf hebt aangebracht moet je opletten. Heb je nog zalf op je vingers, dan veeg je die eerst af met een tissue. Die tissue mag dan bij het restafval. Daarna kun je je handen wassen. Hetzelfde geldt voor zalf die je op je hond of kat hebt gesmeerd. De overbodige zalf veeg je het beste af met een tissue die je in de prullenbak gooit. Of gebruik een paar wegwerphandschoenen. Daarmee voorkom je dat medicijnresten in het riool terecht komen. Dat is ook niet de plek waar je met tabletten heen moet. Door het toilet spoelen is uit den boze. Honden- en kattenpoep kunnen medicijnresten bevatten, dus die gooi je bij het restafval. Sowieso mag ook het hondenpoepzakje alleen maar bij het restafval, net als de kattenbakvulling. Die spoel je niet door het toilet.

 

Chemisch afval

Medicijnen worden beschouwd als chemisch afval en moeten op een verantwoorde manier worden afgevoerd. Weggooien bij het restafval is niet de bedoeling. Alle medicijnen vallen onder Klein Chemisch afval (KCA). Dat geldt voor tabletten, zalfjes, vloeistoffen en (resten van) vlooienbanden. Je kunt ze altijd gratis inleveren bij de milieustraat in jouw gemeente. Heel veel dierenartsen bieden ook aan om medicijnen bij hen af te geven. En soms wil de apotheek je ook wel van dienst zijn. En heb je nog naalden over vanwege een behandeling, neem die dan ook direct mee richting milieustraat, dierenarts of apotheek. In het restafval kunnen ze gevaar opleveren voor de afvalverwerker.

 

Het is cruciaal om medicijnresten op de juiste manier af te voeren. Door verantwoordelijk om te gaan met deze afvalstoffen kunnen we bijdragen aan een schonere en gezondere omgeving voor ons allemaal. Alle medicijnresten moeten naar de milieustraat, maar kunnen ook bij de meeste dierenartsenpraktijken of apotheken worden afgegeven ter vernietiging.

 

 

Natuurlijke en Groene Middelen tegen Vlooien en Teken: Feiten en Overwegingen

Met de groeiende interesse in natuurlijke en milieuvriendelijke oplossingen voor huisdieren, zijn er talloze producten op de markt die claimen vlooien en teken op een “natuurlijke” of “groene” manier te bestrijden. Deze producten bevatten vaak extracten van planten zoals delen van de theeboom, chrysant en citronella. Niet alle natuurlijke producten zijn echter officieel geregistreerd of hebben wettenschappelijk bewijs voor de effectiviteit in de bestrijding van vlooien en teken.  

Etherische oliën en essentiële oliën zijn eigenlijk synoniemen en worden vaak door elkaar gebruikt. Ze worden op een vergelijkbare manier geproduceerd door stoomdestillatie of koude persing van plantenmateriaal, zoals bloemen, bladeren, schors en zaden. Voor de productie van essentiële oliën is vaak een grote hoeveelheid grondstof nodig, afhankelijk van de plantensoort. Neemolie wordt verkregen uit de zaden van de Neemboom. Voor een liter olie is ongeveer 1 ton zaden nodig. Ook voor de veelgebruikte Tea tree olie is veel plantmateriaal nodig. Het wordt geproduceerd van de bladeren van de Melaleuca alternifolia, een boom die inheems is in Australië. De hoeveelheid plantmateriaal die nodig is voor de productie van tea tree olie kan variëren, maar als ruwe schatting wordt aangenomen dat ongeveer 100 kilogram bladeren nodig zijn om ongeveer 1 kilogram tea tree olie te produceren. Iets vergelijkbaars is het geval voor citronella olie, dat wordt gewonnen uit de bladeren van citroengras.

Geur, smaak en giftigheid

Etherische oliën worden gebruikt in natuurlijke vlooien- en tekenmiddelen vanwege hun vermeende afwerende of dodende eigenschappen. Hoeveel je van een etherische olie moet toedienen op je hond of kat om een werking te hebben tegen vlooien is onbekend. Bij Tea Tree olie is het schipperen tussen werking en veiligheid. Tea tree olie kan in geconcentreerde vorm irriterend zijn. Het moet vanwege de giftigheid ook niet opgelikt worden door een huisdier. Om die reden wordt het vaak verdund toegepast, maar het is niet bekend wat dat met de werking doet. Voor een bewezen veilig en effectief product kiest men een geregistreerde diergeneesmiddel.

Natuurlijk is niet altijd milieuvriendelijk

De benaming “natuurlijk” doet vermoeden dat de producten ook veilig zijn voor de natuur. Helaas is dat niet altijd zo. Omdat in etherische oliën alle eigenschappen zijn geconcentreerd, zijn ook eventueel aanwezige giftige stoffen in hogere mate aanwezig. Hoewel heel veel etherische oliën waarschijnlijk  geen nadelige effecten hebben op het milieu zijn ze daar niet allemaal op onderzocht. Van de etherische oliën die wel getest zijn, werd gekeken naar het effect op insecten, dieren, plankton en bodemorganismen. Zo is bevestigd dat Tea tree olie schadelijk is voor organismen in het milieu als het daar op grote schaal in terecht komt. Bij hoge concentraties is het giftig voor insecten, waterorganismen en bodemmicroben. Een vergelijkbaar effect heeft ook Neemolie, dat azadirachtine, een van nature voorkomende gifstof, bevat. Omdat bij de meeste natuurlijke vlooienmiddelen een bijsluiter ontbreekt, kan niet achterhaald worden of de giftigheid er is.


Het is daarom van cruciaal belang om net zo verstandig en veilig om te gaan met natuurlijke middelen tegen vlooien en teken als met reguliere producten. Volg eventueel aanwezige instructies zorgvuldig op. Voorkom dat een dier in de eerste dagen na toediening nat wordt. Dat houdt in dat wassen en zwemmen niet verstandig zijn, omdat dan restanten van de etherische oliën in het water terecht komen. Ook moeten uitgekamde haren worden weggegooid bij het restafval. Het is niet aan te raden om ze in de natuur achter te laten voor de vogels, omdat ze dan ook in het nest terecht kunnen komen. Raadpleeg indien nodig een dierenarts voor advies over de beste vlooien- en tekenbestrijdingsmethoden voor jouw huisdier.

Natuurlijke vlooien- en tekenmiddelen bevatten veelal etherische oliën, afkomstig van een natuurlijke bron. Doordat ze geconcentreerd zijn, zijn ze niet altijd meer milieuvriendelijk. Van natuurlijke middelen is onbekend of ze voldoende werkzaam en veilig zijn. Ook is onbekend wat voor gevolgen ze hebben op het milieu. Het is dus goed om dezelfde voorzorgsmaatregelen te nemen als bij reguliere vlooien- en tekenmiddelen: stel zwemmen na toediening lang genoeg uit, laat uitgekamde haren niet in de natuur achter, maar gooi ze bij het restafval en verwijder overgebleven druppels en banden met het klein chemisch afval (KCA).

Maand van de Parasiet

Lees hoe het zit